Artikelen

De toekomst van zorg en ondersteuning

Leren in een collectief en omgaan met complexiteit

S.A.A. Sergeant (met een reflectie van M.I.M. Schuurman)

 

Dr. Sofie Sergeant: hogeschoolhoofddocent Burgerschap & Inclusie, Lectoraat Jeugd & Instituut voor Onderwijs & Orthopedagogiek | Hogeschool Utrecht

 

Dr. Martin Schuurman:

zelfstandig onderzoeker Kalliope Consult in Nieuwegein

Ter gelegenheid van het vijftigjarig jubileum van het NTz reflecteren we op wat de toekomst brengt voor zorg en ondersteuning aan mensen met een verstandelijke beperking. Deze reflectie vraagt niet alleen om een blik op nieuwe ontwikkelingen, maar ook om een kritische kijk op hoe we onze jeugdigen en professionals voorbereiden op diversiteit en dilemma’s, waarmee zij in hun leven en op het werk te maken krijgen.

 

1. Inclusief onderwijs

De Nederlandse overheid werkt aan een toekomst waarin inclusief onderwijs de norm wordt (Rijksoverheid, z.d.). Dit betekent dat scholen steeds meer gestimuleerd worden om leerlingen met uiteenlopende ondersteuningsnoden volwaardig deel te laten uitmaken van het reguliere onderwijs. Dit vraagt niet alleen om aangepaste ondersteuning in de klas, maar ook om een bredere maatschappelijke verandering waarin diversiteit wordt gevierd en erkend. Inclusief onderwijs betekent niet: we heten ‘ingewikkeldheid’ welkom in het regulier en we blijven verder doorgaan zoals we nu bezig zijn. Inclusief onderwijs betekent een transformatie van het huidige regulier naar een meer zorgzaam en gastvrij onderwijs. De expertise van het gespecialiseerde onderwijs wordt hierbij gevaloriseerd door het in te bedden in het regulier, en door nauwe samenwerking te creëren tussen ‘regulier’ en ‘gespecialiseerd’. Door te leren van ‘speciaal’, en door dit geleerde toe te passen in alle scholen. (Sergeant & de Vries, 2023)

 

Inclusief onderwijs plaatst niet alleen het kind centraal, maar ook de leraar, de ouder en de bredere gemeenschap. Ondersteuningsstructuren moeten versterkt worden rondom kinderen, maar ook rondom ouders, jeugdprofessionals,…. Op die manier wordt gewerkt aan een zorgzame cultuur, voor alle betrokkenen. 

 

Deze beweging is meer dan een praktische aanpassing; het is een essentiële stap richting een samenleving die diversiteit niet alleen accepteert maar ook omarmt. Inclusief onderwijs fungeert hierin als katalysator: het leert kinderen van jongs af aan dat verschillen normaal zijn en waardevol. Dit heeft niet alleen impact op het leven van mensen met een beperking, maar verrijkt ook onze samenleving als geheel, doordat we samen leren groeien in respect, begrip en samenwerking.

 

2. Opleiden in een collectief

In ons huidige onderwijssysteem ligt de nadruk vaak op individuele ontwikkeling en prestaties. Dit staat in contrast met wat de actuele uitdagingen en dilemma’s vragen: een collectieve, samenwerkingsgerichte aanpak. Zoals beschreven door Groot en Kloosterman (2009) in hun concept van transdisciplinaire samenwerking, leidt een geïntegreerde aanpak, waarbij de expertise van leraren, zorgverleners en ouders wordt gecombineerd, tot een rijkere kennisbasis. Dit bevordert niet alleen het welzijn van het kind, maar zorgt ook voor een sterkere verbinding tussen alle betrokkenen. Op die manier leren we jeugdigen om te leren werken in een netwerk waarin zij elkaar aanvullen en gezamenlijk zoeken naar oplossingen. (Sergeant, 2023)

 

Door ook in opleidingstrajecten systematisch ruimte te maken voor groepsleren en transdisciplinaire samenwerking, bereiden we ook de toekomstige zorgverleners beter voor op de praktijk. Dit vraagt om een verschuiving in het curriculum en in de manier waarop docenten en begeleiders samenwerken met studenten, en met het werkveld. Dit vraagt ook ruimte voor inhoudelijk gesprek over visie, dialoog over ‘wat versta jij onder…’? De dialoogkaarten Inclusief Onderwijs zijn hiertoe ontworpen (van Dijk, Touw & Sergeant, 2023).

 

De praktijk is complex en vaak onvoorspelbaar. Toch worden professionals nog te vaak opgeleid met het idee dat er eenduidige antwoorden of gladgestreken trajecten bestaan. Dit staat haaks op de realiteit van het veld, waarin morele, praktische en relationele dilemma's eerder regel dan uitzondering zijn. Het is daarom essentieel dat opleidingen niet alleen kennis overdragen, maar ook vaardigheden ontwikkelen om met onzekerheid en complexiteit om te gaan. Dit omvat het leren reflecteren, prioriteiten stellen en handelen binnen moreel uitdagende situaties.

 

Het introduceren van dilemma-gestuurd leren (Lofthouse, 2021) kan een sleutelrol spelen. Door toekomstige professionals al tijdens hun opleiding bloot te stellen aan casussen en scenario's die geen eenvoudige oplossingen kennen, leren zij veerkrachtig en kritisch te blijven in hun werk.

 

3. Vertoeven in ingewikkeldheid

De samenwerking tussen diverse kennisdomeinen blijft cruciaal. Het concept van een transdisciplinaire aanpak, zoals onderzocht in projecten als Samen Werken, Samen Leren (Sergeant, 2021), toont de meerwaarde van teams waarin mensen met ervaringskennis een gelijkwaardige rol spelen. Deze samenwerking vraagt niet alleen om ruimte voor verschillende perspectieven, maar ook om het creëren van een veilige omgeving waarin iedereen een stem heeft en zich gehoord voelt.

 

Door deze transdisciplinaire werkwijze te verankeren in het opleidingsproces, worden professionals voorbereid op de praktijk. Ze leren niet alleen om te werken in diverse teams, maar ook om gebruik te maken van de kracht van diverse vormen van kennis, en de schuring die hiermee gepaard gaat. Want wie niet houdt van schuring en complexiteit kan beter niet in onderwijs of in zorg gaan werken. “Jullie moeten leren durven vertoeven in ingewikkeldheid”, is wat ik leerde van ‘mijn professor’ Geert Van Hove toen ik orthopedagogiek studeerde aan de Universiteit Gent. Een wijsheid waarop ik graag verder bouw.

 

4. Focus op duurzame verandering

De zorg- en ondersteuningssector wordt geconfronteerd met toenemende druk en veranderende verwachtingen. Dit vraagt om professionals die niet alleen flexibel en innovatief zijn, maar ook betrokken blijven bij duurzame veranderingen in het veld. Dit betekent dat zij niet alleen moeten handelen binnen de grenzen van het systeem, maar ook moeten bijdragen aan het herstructureren ervan, met oog voor inclusie en gelijkwaardigheid. Dat betekent ook dat organisaties niet gebouwd worden volgens een ‘straktuur’, maar een ‘struktuur’ (van Gemert, 2023): met een heldere visie, met spraak en tegenspraak, en met gelijkwaardigheid als basishouding. Het expertisemodel kan een obstakel vormen voor gelijkwaardige samenwerking binnen professionele settings, inclusief het onderwijs en de zorg. Dit model benadrukt een hiërarchische verhouding waarbij professionals sterk leunen op de kennis en vaardigheden van zogenaamde ‘experts’. Hoewel dit model waardevol kan zijn in complexe situaties die gespecialiseerde kennis vereisen, heeft het ook nadelige gevolgen voor samenwerking.

 

Professionals die experts als de primaire bron van oplossingen beschouwen, kunnen een passieve houding aannemen, waarbij zij minder geneigd zijn hun eigen kennis en ervaring in te brengen. Hierdoor ontstaat een afhankelijkheidsrelatie die de gelijkwaardigheid in teamverband ondermijnt. Het beperkt ook de kansen voor co-creatie, waarbij teamleden samen tot innovatieve en contextspecifieke oplossingen kunnen komen. Gelijkwaardige samenwerking vraagt om een paradigma waarin alle betrokkenen – leraren, ouders, zorgprofessionals en leerlingen – als waardevolle partners worden gezien. Door de expertise van verschillende actoren samen te brengen, ontstaat een synergie die bijdraagt aan betere oplossingen en een gedeeld gevoel van verantwoordelijkheid. Dit vereist echter een verschuiving in mindset: weg van het blind vertrouwen op experts, en naar een cultuur van leren van en met elkaar. Voor inclusieve settings is deze aanpak van essentieel belang. Het bevordert niet alleen de betrokkenheid van alle partijen, maar versterkt ook het vertrouwen en de relaties binnen het team. In een samenleving die streeft naar inclusie, is het loslaten van rigide expertmodellen en het omarmen van gedeelde verantwoordelijkheid een cruciale stap. (Sergeant & de Vries, 2021)

 

Tot slot

De huidige vraagstukken in onderwijs en zorg vragen om een herdefiniëring van hoe we opleiden en samenwerken. Door collectief leren en het omgaan met complexiteit centraal te stellen, bereiden we toekomstige professionals beter voor op de praktijk. 

 

Omgaan met complexiteit vraagt om een levenslange lerende houding. Het boek ‘Professional in de spiegel’ (Touw & van Beukering, 2009) benadrukt hoe belangrijk het is dat professionals reflecteren op hun eigen overtuigingen en praktijken. 

 

In een inclusieve samenleving is diversiteit niet iets wat getolereerd wordt, maar iets wat gevierd wordt. Door kinderen al vroeg kennis te laten maken met die bestaande diversiteit, worden zij voorbereid op de uitdagingen en mogelijkheden van een complexe wereld. Dit geldt niet alleen voor kinderen met speciale behoeften, maar voor álle kinderen. De vaardigheden die zij leren in een inclusieve klas – zoals communicatie, samenwerking en probleemoplossing – zijn onmisbaar in een samenleving die steeds meer diversiteit kent.

 

Voor mensen met een verstandelijke beperking kan inclusief onderwijs een belangrijke springplank zijn naar een zinvol leven in de gemeenschap. Het helpt hen om vaardigheden te ontwikkelen die zij nodig hebben om actief deel te nemen aan de samenleving. Tegelijkertijd helpt het anderen om de waarde van diversiteit te zien en te begrijpen. Dit is een belangrijke stap in de richting van een samenleving die niet alleen ruimte biedt aan andersheid, maar deze ook waardeert.

 

Echte inclusie is als ademhalen

 

Het is in ons land slecht gesteld met inclusie. Het College voor de Rechten van de Mens laat dit zien in zijn jaarlijkse rapportages over de naleving van het VN-verdrag, waarvan de meest recente gaat over digitale toegankelijkheid en dienstverlening (CRvdM, 2024). Ook het oordeel van het Comité van de Verenigde Naties over de stand van zaken rond de implementatie van het VN-verdrag in Nederland staat nog vers in het geheugen (UN, 2024). Tenslotte bleek kort geleden uit een onderzoek in 31 Europese landen dat ons land zich als het gaat om inclusie in de verre achterhoede bevindt. Het neemt in de algemene score de 27-ste plaats in (Inclusion Europe, 2024). De veldorganisaties voelen dit gebrek dagelijks en kwamen in het najaar van 2024 tot het breed gedragen protest ‘Ons geduld is op!’.

 

Met het thema onderwijs kiest Sofie Sergeant het domein dat voor het realiseren van een inclusieve samenleving misschien wel het meest belangrijk is. Inderdaad leert inclusief onderwijs kinderen van jongs af aan dat verschillen normaal en waardevol zijn. Dat werkt door in hoe zij als volwassenen in de wereld staan. Naast inclusief onderwijs heeft zij het vooral ook over onderwijs in inclusie: professionals in de zorg dienen opgeleid te zijn met volop aandacht voor diversiteit en inclusie. Dat betekent groepsleren, transdisciplinaire samenwerking en het leren van vaardigheden om met onzekerheid en complexiteit om te gaan. Zij moeten kunnen ‘vertoeven in ingewikkeldheid’. Dat is een helder toekomstbeeld.

 

Bij het lezen van haar artikel komen nog drie gedachten bij me op. Allereerst: laten we ons ervan bewust zijn - en dat in de praktijk brengen - dat opleiden in inclusie niet voorbehouden is aan het onderwijs en de vorming van zorgprofessionals, maar veel breder geldt. Ook architecten, arbeidskundigen, ambtenaren op alle overheidslagen en vele andere beroepsgroepen moet worden geleerd hoe zij kunnen bijdragen aan de inclusieve samenleving en zij moeten eveneens over die vaardigheden kunnen beschikken. 

Vervolgens een opmerking over het ‘expertisemodel’. Ik denk dat het niet klopt om experts te zien als een soort van ordeverstoorders die afhankelijkheid oproepen. Soms zijn experts wel degelijk de primaire bron van oplossingen, andere keren leveren zij noodzakelijke kennis die voor toepassing in de praktijk nog enkele vertaalslagen moet maken. We zullen hen altijd nodig hebben. Zolang expertise maar ten dienste staat van de praktijk is er niets aan de hand.

 

Belangrijk hierbij is dat we ons bewust blijven van de verschillende soorten kennis. Kersten (2024) maakt onderscheid tussen wetenschappelijke kennis, professionele kennis en ervaringskennis. Alle drie zijn nodig en vormen, in de verspreiding en toepassing, een hecht met elkaar verweven drietal. Het zou de moeite waard zijn om rond inclusie - aan de hand van lopende en toekomstige casuïstiek - die gehechtheid scherper uit te werken. Daar zouden we veel baat bij hebben.

 

Tenslotte nog een opmerking over het ‘omarmen en vieren’ van inclusie. Laten we dat vooral blijven doen. Tegelijkertijd benadrukt dit nogal de zachte kant van het werken aan inclusie. Er is ook een harde kant, waaronder de wet- en regelgeving, bijvoorbeeld rond bouwen en wonen, arbeidsparticipatie, toegankelijkheid, etc. Het kan geen toeval zijn dat eerder genoemd Europees onderzoek laat zien dat die landen het verst zijn waar wet- en regelgeving rond inclusie het meest stevig aanwezig is. Bij ons wreekt zich dat wij een ‘polderlandschap’ zijn, waarbij in de gehandicaptensector overleg en compromissen doorgaans de boventoon voerden, zoals goed zichtbaar is als we vijftig jaar kennisbeleid de revue laten passeren (Kersten & Schuurman, 2024).

 

En laten we wel wezen, in de echte inclusieve samenleving is vieren niet meer nodig omdat inclusie daarin geen issue meer is. Inclusie is dan geworden als ademhalen: het hoeft niet benoemd te worden, het is er en gaat vanzelf.

 

Auteur

Dr. Martin Schuurman, zelfstandig onderzoeker Kalliope Consult in Nieuwegein

 

Referenties

CRvdM, College voor de Rechten van de Mens (2024). Digitale toegankelijkheid en dienstverlening in het licht van het VN-verdrag handicap. Jaarlijkse rapportage naleving VN-verdrag 2024. Utrecht: CRvdM.

Inclusion Europe (2024). Inclusion indicators 2024. Rights and inclusion of people with intellectual disabilities in 31 European countries. Brussel: Inclusion Europe.

Kersten, M.C.O. (2024). Making knowledge work. Factors, strategies and leadership to improve sharing and application of knowledge in the care and support for people with intellectual disabilities. Proefschrift Tilburg University.

Kersten, M.C.O. & Schuurman, M.I.M. (2024). Zonder kennis geen kwaliteit. Vijftig jaar kennisbeleid in de zorg aan mensen met een verstandelijke beperking (1974-2024). Nederlands Tijdschrift voor de Zorg aan mensen met een verstandelijke beperking, 50 (4), september 2024, pag. 90-114.

UN, United Nations (2024). Concluding observations on the initial report of the Netherlands. Committee on the Rights of Persons with Disabilities. New York: UN.

 

Referenties

Groot, A.E. & Klosterman, J.E.M. (2009). Daar botst het weten. Interdisciplinair en transdisciplinair onderzoeken binnen Wageningen UR. Wageningen: Alterra. Microsoft Word - rapport 1989.doc (wur.nl)

Lofthouse, R. (2021, April 22). Exploring and learning form educational complexity through dilemma based coaching. Leeds Beckett University. Exploring and learning from educational complexity through dilemma based coaching | Leeds Beckett University

Rijksoverheid. (z.d.). Inclusief onderwijs in 2035. https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/inclusief-onderwijs/inclusief-onderwijs-in-2035

Sergeant, S. (2021). Working together, learning together. Towards Universal Design for Research. Gompel&Svacina.

Sergeant, S. (2023). Een ode aan ‘bendevorming’ in onderzoek en studie. Pedagogiek in Praktijk, 29(133), 38-42.

Sergeant, S. & de Vries, P. (Red.) (2023). Perspectieven op inclusief onderwijs. Gompel&Svacina.

Touw, H. & van Beukering, T. (2009). Professional in de spiegel: werkwijze. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 48 (11), 461-467.

Van Dijk, A., Touw, H. & Sergeant, S. (2023). Dialoogkaarten inclusief onderwijs. Gompel&Svacina.

Van Gemert, G. H. (2022). Kwaliteit van bestaan voor bewoners én begeleiders. Gompel&Svacina.

Deel dit artikel
Vangorcumtijdschriften.nl maakt gebruik van cookies.

Welkom! Leuk dat je een bezoekje brengt op vangorcumtijdschriften.nl. Wij, en derde partijen, maken op onze websites gebruik van cookies. Wij gebruiken cookies voor het bijhouden van statistieken, om jouw voorkeuren op te slaan, maar ook voor marketingdoeleinden (bijvoorbeeld het sturen van een bericht als je winkelwagen nog vol is). Door op 'Zelf instellen' te klikken, kun je meer lezen over onze cookies en je voorkeuren aanpassen.

Zelf instellen
Alle cookies accepteren
Uw cookie instellingen
Deze website maakt gebruik van functionele en analytische cookies, die nodig zijn om deze site zo goed mogelijk te laten functioneren. Hieronder kan je aangeven welke andere soorten cookies je wilt accepteren.
Functionele cookies

Functionele cookies ondersteunen de basisfuncties van een website zoals paginanavigatie en toegang tot beveiligde delen van de website mogelijk maken. Zonder deze cookies kan de website niet naar behoren functioneren.

Analytische cookies

Analytische cookies helpen ons om te begrijpen hoe bezoekers omgaan met onze website door anoniem informatie te verzamelen en te rapporteren. Deze informatie wordt gebruikt om de website te verbeteren.

Marketing en tracking cookies

Marketing cookies worden gebruikt voor het functioneren van ons opvolgsysteem met betrekking tot account activiteiten(als het niet kunnen afronden van bestelling). Ook wordt er informatie verzameld om dit zoveel mogelijk aan te sluiten bij je interesses.

Cookies instellingen opslaan